Mijn proces begint met het verzamelen van
materialen die ik in openbare ruimtes vind,
restanten die door de industrie zijn achtergelaten.
Het is een reis die wordt geleid door spontaniteit.
Ik weet nooit van tevoren wat ik zal vinden,
noch wat mij zal vinden.
De materialen spreken eerst
zij geven vorm,
fluisteren hoe ze samen willen komen.
Door middel van krullen, knopen, lussen en weven
breng ik ze zorgvuldig samen.
Elke gebaar is een gesprek.
Elk fragment bevat een zaadje
voor de volgende creatie.
Het werk evolueert
door onderzoek, door verandering.
Ik zie mijn objecten als speelse gereedschappen
voor de openbare ruimte, binnen of buiten.
Elk object nodigt uit
om te experimenteren,om te interageren,
te fantaseren.