Soetkin Bral, Onderweg

master beeldende kunsten
grafisch ontwerp
Mentoren / Mentors:
Jan Van Der Veken Martine Clierieck

Een woud van latten die elkaar als schragen dragen. Deze gestapelde structuur, dit nooit eindigend bouwproject, duikt overal op. Het is vroeg en het licht is teer en zwak. De dingen hebben nog weinig vorm en lijken zich met elkaar te vermengen. Ik waag me tussen het lattenstelsel heen, slierten nevel maken me vochtig en ik twijfel of dit de juiste richting is. Van oost naar west al dagenlang dwalen via stilstaande beelden. Constructies die ernaar vragen te mogen zwichten. Ze willen stukje voor stukje uit elkaar worden gehaald. Languit op de grond liggen. Maar de vier winden wisselen en wijzen. Dus het oosten wordt het westen en links wordt rechts. Ik ben nog niet halverwege en het is bijna elf, bijna middag. Vel na vel, alles omgedraaid en alles verplaatst. Lijnen en vlakken lopen door elkaar. Ze openen een spel en ik probeer te winnen, maar tekenen gaat niet om winnen. Tekenen is ontdekken en jezelf loswerken. Steeds opnieuw op pad.

A forest of slats supporting each other like trestles. This stacked structure, this never-ending building project, appears everywhere. It is early and the light is fragile and weak. Things still have little form and seem to be mingling with each other. I venture between the slats, wisps of mist make me damp and I doubt whether this is the right direction. From east to west, I have been wandering for days through still images. Constructions that ask to be allowed to give way. They want to be taken apart piece by piece. Laying flat on the ground. But the four winds change and point. So east becomes west and left becomes right. I am not halfway through and it is almost eleven, almost noon. Sheet after sheet, everything flips and everything moves. Lines and planes intermingle. They open a game and I try to win, but drawing is not about winning. Drawing is about discovering and working yourself loose. Always on the move.

Een woud van latten die elkaar als schragen dragen. Deze gestapelde structuur, dit nooit eindigend bouwproject, duikt overal op. Het is vroeg en het licht is teer en zwak. De dingen hebben nog weinig vorm en lijken zich met elkaar te vermengen. Ik waag me tussen het lattenstelsel heen, slierten nevel maken me vochtig en ik twijfel of dit de juiste richting is. Van Oost naar West al dagenlang dwalen via stilstaande beelden. Constructies die ernaar vragen te mogen zwichten. Ze willen stukje voor stukje uit elkaar worden gehaald. Languit op de grond liggen. Maar de vier winden wisselen en wijzen.

Dus het oosten wordt het westen en links wordt rechts. Ik ben nog niet halverwege en het is bijna elf, bijna middag. Vel na vel, alles omgedraaid en alles verplaatst. Lijnen en vlakken lopen door elkaar. Ze openen een spel en ik probeer te winnen, maar tekenen gaat niet om winnen. Tekenen is ontdekken en jezelf loswerken. Steeds opnieuw op pad.